Eén op de vijf afspraken via MijnGezondheid.net in Huizen
De Huizenaren die de huisartsenpraktijk van Piet-Hein Oostvogel bezoeken, lopen in de regel niet voorop bij digitale vernieuwingen. Het vroeg doorzettingsvermogen en geduld om e-health te laten landen, maar het is gelukt. De mogelijkheid om zonder inlog met DigiD via pc, tablet of mobiel een afspraak te maken, zorgde voor een doorbraak.
We staan pas aan het begin van het digitale tijdperk.
Piet-Hein Oostvogel werkt in een groepspraktijk met acht huisartsen. Samen leveren ze zorg aan 15.000 inwoners van Huizen, een overwegend christelijk dorp tussen het Gooi en Almere. “De gemiddelde leeftijd ligt net iets boven het landelijk gemiddelde. Het gaat om een enigszins conservatieve populatie en juist daarom ben ik blij dat er zo langzamerhand een groep patiënten is die goed overweg kan met e-health.”
Andere werkwijze
Samen met zijn collega’s startte Oostvogel zo’n vijf jaar geleden met het patiëntenportaal MijnGezondheid.net (MGn). “Dan hoop je natuurlijk dat door zo’n elektronische hulpverleningsroute minder werkdruk ontstaat op de praktijk zelf. Daar moet je wel eerst tijd in investeren. e-health vereist een aanpassing van hoe je met dingen omgaat: het eConsult, de postverwerking, enzovoort. Die moet je inpassen in je werkwijze op de praktijk. Ik ben zelf heel erg van de automatisering en ben er binnen de praktijk verantwoordelijk voor. Een incentive van de zorgverzekeraar hielp om de andere huisartsen over de streep te trekken: als we een x-aantal uren open zijn en eConsulten aanbieden, kunnen we een extra bedrag per patiënt declareren. Dat klinkt misschien als een flauw argument, maar het geeft toch een duwtje in de rug.”
Succesfactoren
Het afgelopen half jaar is het gebruik van e-health door de patiënten sterk toegenomen. Dat heeft twee redenen, vertelt Oostvogel. “De eerste is dat het mogelijk werd om buiten de inlog met DigiD en sms om een eAfspraak te maken. Die functie wordt veel gebruikt. Zes van de dertig afspraken die ik vandaag heb, zijn online gemaakt. Ten tweede gebruiken we sinds eind 2016 de praktijkwebsite van PharmaPartners. Die doet het goed op mobiele devices, de koppelingen naar de diensten op MGn staan in een opvallend blok op de homepage én ze werken goed. Dat is belangrijk: als iemand een paar keer tevergeefs online zijn zaken probeert te regelen, dan moet je van goeden huize komen om hem opnieuw over te halen naar het portaal te gaan.”
Enthousiaste dokter
In Huizen wijzen ze hun patiënten op verschillende manieren op de online dienstverlening. Via een scherm in de wachtruimte en met folders bijvoorbeeld. Het meest effectief is het volgens Oostvogel als de huisarts tijdens het consult voorstelt om het patiëntenportaal eens te proberen. “Dan hoor je vaak: ‘O, kan dat?’. En als je het eenmaal aanzet bij die patiënten, dan gaat het vliegen.” Het eConsult, bekijken van labuitslagen en aanvragen van herhaalrecepten loopt nog wat minder hard in Huizen. “Dat kost vanuit het perspectief van de patiënt meer moeite door de inlog met DigiD, maar het helpt wanneer je als dokter enthousiast bent. Je moet patiënten er echt voor uitnodigen. De website mag dat wat mij betreft ook nog nadrukkelijker doen en met name nieuwe patiënten duidelijker de weg wijzen.”
Digital natives
Oostvogel verwacht dat de rol van de patiënt in zorg-ICT de komende vijf tot tien jaar veel groter zal worden. “We staan pas aan het begin van het digitale tijdperk. In de toekomst krijgen we steeds meer te maken met ‘digital natives’ en de technologische ontwikkelingen gaan hard. Het zou mij niet verbazen als er patiëntenplatforms ontstaan waarop je als zorgverlener inlogt met toestemming van de patiënt die tegenover je zit. En als je dan eenmaal in de ‘wolk’ van die patiënt zit, kun je kiezen voor de zorgapplicatie die je gebruikt, Medicom in ons geval, en vul je daar het dossier in. Voor PharmaPartners ligt er dus nog een mooie uitdaging om samen met zorgverleners e-health naar een hoger plan te tillen.”